Gastblogger: Johan Klein Haneveld

johan1

Een dag niet gelezen, is een dag niet geleefd …

 

Boeken … wat maakt ze zo fascinerend? Ik weet het nog steeds niet. Wat ik wel weet is dat er een wereld voor me openging toen ik op de basisschool eindelijk leerde lezen, en dat ik in diezelfde eerste klas door de leraar al vooraan werd gezet om voor te lezen, terwijl hijzelf werkjes ging nakijken. Al snel was een bibliotheekbezoek op de vrijdagavond mijn wekelijkse uitje en propte ik mijn tas elke keer vol met het maximum aantal boeken dat ik mocht meenemen. Aangezien ik op die manier de boeken voor mijn leeftijdscategorie snel uithad, moest mijn moeder vragen of ik niet ook de boeken van een hogere categorie mocht lezen. Mijn ouders hadden zelf gelukkig ook genoeg boeken staan. Behalve de aquariumboeken waren het met name de science fiction-boeken van mijn vader die mijn belangstelling hadden. En daaruit ontstond een levenslange liefde voor het genre. Het is dan ook niet toevallig dat ik zelf SF en fantasy ben gaan schrijven, maar dat is niet waar deze blog over gaat. Hier schrijf ik over de boeken die in al die tijd het meeste indruk op me hebben gemaakt.

 

Waarschijnlijk mijn favoriete boeken ooit zijn de Duncton-verhalen van de Engelse auteur William Horwood. Het eerste boek (‘Duncton Wood’) is in het Nederlands uitgegeven als ‘De sage van het Duncton Woud’ en als ‘De Duncton Saga’. De latere delen zijn bij mijn weten nooit vertaald. Dat is erg jammer, want ik vind zelf boek twee en drie nog veel beter dan het eerste! (De tweede trilogie vond ik iets minder goed, maar dat terzijde). De meeste mensen hebben wel eens gehoord van ‘Waterschapsheuvel’, of hebben de film gezien – een boek over konijnen die een ander thuis moeten zoeken. Vond je dat een mooi boek, dan weet ik zeker dat je ook van de Duncton-boeken zult genieten. Hetzelfde geldt als je houdt van fantasyverhalen, met grimmige slechteriken en een vleugje mystiek.

In de Duncton-serie zijn het echter geen konijnen die de hoofdrol spelen, maar mollen. Ze leven in een gangenstelsel in het bos van Duncton, rond een menhir, die een belangrijke rol speelt in hun religie. Je leest het goed: deze mollen hebben een religie. Ze kunnen zelfs schrijven op stukjes berkenbast. Maar hun oude geloof wordt bedreigd als er mollen van buiten het systeem komen en de macht dreigen over te nemen.

Wat ik sterk vind van William Horwood, is dat hij kan zorgen dat je meeleeft met mollen, die per slot van rekening bijna blind zijn, en niet veel anders doen dan graven. Hij maakt hun wereld geloofwaardig en geeft de hoofdpersonen van zijn verhaal herkenbare emoties mee. Ik zal eerlijk opbiechten dat dit tot nu toe de enige boeken zijn waarbij ik een traantje moest wegpinken. In het tweede boek, ‘Duncton Quest’, ontmoet Tryfan bijvoorbeeld in een ander gangenstelsel de kleine, magere mol Mayweed. Die is zijn hele leven alleen geweest en vindt zichzelf minder waard dan andere mollen. Als hij dan toch bij de groep mag komen, is zijn twijfel en zijn opluchting diep ontroerend … Prachtig geschreven boeken zijn dit en ik vind het jammer dat ze niet bij meer mensen bekend zijn!

 

Het science fiction-boek waar ik als tiener het meest van onder de indruk was, was ‘Rendezvous with Rama’ van de bekende Arthur C. Clarke. In dit vrij dunne boekje met de sfeer van de koude oorlog, komt een onbekend voorwerp ons zonnestelsel binnen. Een ruimteschip wordt erop afgestuurd om poolshoogte te nemen. De astronauten dringen het voorwerp binnen en ontdekken er een holle wereld. Onder invloed van de zon warmt die steeds verder op. Er ontstaan zeeën en ze zien vreemde levensvormen. Maar niemand lijkt interesse te hebben voor hen en ze dreigen door Rama te worden meegenomen de lege ruimte in … Clarke weet als geen ander zijn wetenschappelijke kennis te combineren met een gevoel van ontzag en verwondering. De momenten wanneer zijn hoofdpersonen voor het eerst uitkijken over de binnenkant van de Rama-cylinder zijn me altijd bijgebleven. Adembenemend! Dit is echt een van de hoogtepunten van de science fiction, en een kopie van dit verhaal speelt een rol in mijn novelle ‘Conquistador’ (die op 6 mei uitkomt als deel van mijn bundel ‘Conquistador’). Helaas had Clarke niet heel veel aandacht voor de karakterontwikkeling en de belangrijkste rol van zijn hoofdpersonen is te observeren wat hij ze voorschotelt.

Dit is ook een van de zwakke punten van Stephen Baxter, een Britse SF-schrijver die je de moderne opvolger van Arthur C. Clarke kunt noemen (hij heeft zelfs met Clarke samengewerkt). Ook hij heeft een sterke wetenschappelijke achtergrond en de gave om het gevoel van verwondering en ontzag over te brengen. Maar ook hij verliest zich soms in de feiten en negeert de emoties. Ik genoot echter heel erg van zijn recente verhalenbundel ‘Xeelee Endurance’. De hoofdpersonen van deze verhalen hebben precies genoeg diepgang om met ze mee te willen leven en ondertussen neemt Baxter je als lezer mee op reis door een intrigerende toekomst, vol parallelle universa, oorlogen met andere, bizarre rassen en uiteindelijk zelfs nieuwe, nauwelijks herkenbare uitingsvormen van de mensheid. Elk verhaal opnieuw was verrassend en inspirerend. Wat ik wel een beetje jammer vond, was dat de laatste paar er een beetje bij leken te hangen en in mijn optiek niet een heel mooie afsluiting vormden van het overkoepelende verhaal. Maar wil je even meegenomen worden naar een andere wereld, dan is dit een toffe bundel!

Een ander recent SF-werk dat in goed Nederlands een ‘mindblowing’ leeservaring biedt, is ‘The Quantum Thief’ van de Finse auteur Hannu Rajaniemi. Niet echt aanbevolen als je nog niet zo veel SF hebt gelezen, of je moet toevallig veel kennis van informatica en/of natuurkunde hebben, maar ken je de termen uit het genre een beetje, dan is dit echt een nieuwe klassieker! Ik werd in elk geval op een goeie manier overdonderd door een wervelwind van nieuwe ideeën en concepten. Rajaniemi stort je als lezer in een totaal andere wereld, in een toekomst waarin computertechnologie het zonnestelsel ingrijpend heeft veranderd. Kunstmatige intelligenties zo groot als planeten, mensen die hun identiteit kunnen kopiëren en vervormen, nanotechnologie die op hol slaat, en eenzame beschavingen ver weg in de Oortwolk. Het is nauwelijks te bevatten, maar hoe bizar getransformeerd ook: mensen blijven mensen. En ook deze samenleving biedt mogelijkheden voor een verfijnde dief als Jean le Flambeur (een soort Arsene Lupin maar dan anders), die voor een lucratieve klus afdaalt naar Mars, maar -zoals dat gaat in dit soort verhalen- ontdekt dat de liefde de zaken danig kan compliceren. De andere delen van deze serie vond ik ook fantastisch!

 

Ten slotte wil ik graag enkele Nederlandse boeken in de schijnwerpers zetten. Want ook in Nederland worden fantastische SF- en fantasyverhalen geschreven. Jammergenoeg krijgen die nog niet altijd net zoveel aandacht als de Engelse boeken. Er zijn zelfs mensen die zeggen dat ze beter kunnen lezen in het Engels als in het Nederlands. Ik denk echter dat dit vooral komt omdat de Nederlandse boeken vaak nog onbekend zijn, en onbekend maakt onbemind.

Maar er zijn Nederlandse schrijvers die absoluut niet onderdoen voor hun Engelse en Amerikaanse tegenhangers, zoals Joost Uitdehaag. Zijn Fulia-tweeluik is een absolute aanrader voor liefhebbers van fantasy. Niet alleen volg je in zijn boek een complexe vrouwelijke hoofdpersoon, die het ene moment moedig kan zijn en het andere moment zich kwetsbaar durft te tonen, de wereld die Joost heeft geschapen, is ook nog eens origineel. Hij bevindt zich namelijk op de rand van de afgrond. Op insecten lijkende wezens, de Mirrax, overspoelen het land en dreigen de mensheid totaal uit te roeien. Veel duisterder zul je het niet snel vinden. Een handjevol overlevenden zoekt naar de burcht van de verdwenen Verbondsridders. Misschien dat daar hulp kan worden gevonden om het tij te keren … Ondertussen vind je in dit boek, en in het vervolg, levensechte vriendschappen, heftige veldslagen en zelfs een vleugje hoop. Ik ben in elk geval groot fan.

Wil je -voordat je een langer boek van een Nederlandse schrijver oppakt- eerst eens proeven aan hun stijl? Lees dan de Ganymedes-bundels van uitgeverij Fantastische Vertellingen. Remco Meisner en Paul van Leeuwenkamp stellen elk jaar een bloemlezing samen van de beste verhalen van Nederlandse en Vlaamse auteurs. Met voor iedereen iets: fantasy, sciencefiction, magisch realisme, sprookjesverhalen, en zelfs gedichten. De verhalen die je hier aantreft, tonen aan dat Nederlandse schrijvers echt niet onderdoen voor hun buitenlandse collega’s. Niet elk verhaal vind ik even goed geslaagd, maar dat kan ook niet. De diversiteit zorgt er echter voor dat elke bundel minstens een paar verhalen bevat die je wel zullen aanspreken. Omdat ze zonder winstoogmerk worden uitgebracht, zijn die verhalen de prijs van de bundels zeker waard. De eerlijkheid gebied me te vertellen dat er van mij verhalen stonden in Ganymedes-15 en -16. Maar eigenlijk vond ik Ganymedes-13 nog het sterkst. Met onder andere een tof verhaal van Mike Jansen, over een door nanotechnologie getransformeerde wereld, en een beklemmende dystopie van Frank Roger, een een verhaal van de bekende Thomas Oldeheuvelt.

Ik hoop binnenkort nog een keer een blog te schrijven, want ik heb nog lang niet alle boeken de revue laten passeren die ik voor het voetlicht wilde brengen. Heb je misschien al een of meer van deze boeken gelezen? Laat dan weten wat je ervan vond en inspireer anderen om ze ook eens in te kijken.

Plaats een reactie